Wandelen in de bergen
Zeker
de eerste 10 dagen hebben we verschillende prachtige wandelingen door de bergen
gemaakt. Zelfs Wilmine vond het (soms) leuk.
Indrukwekkend zijn in de Pyreneeën de zogenoemde Cirques.
De bekendste is de Cirque de
Gavarnie. Daar zijn we een aantal jaren geleden al eens geweest (als je
in de buurt bent, zeker bezoeken!). Cirques zijn
door inmiddels sinds lang gesmolten gletsjers
uitgesleten keteldalen. Je moet je voorstellen dat je na een inspannende klim
ineens een klein dal bereikt, met voor je in hoefijzervorm een hoog oprijzende
bergwand en altijd wel ergens een of meer watervallen. Heel mooi. We hebben nu
gelopen in het Cirque de
Cagateille en in de Cirque d’Anglade.
Op die laatste plek troffen we tot onze verrassing zelfs nog sneeuw en ijsresten
aan. Een dankbaar object voor een paar foto’s en zelfs voor de enige foto die
door een welwillende fransman van ons viertjes werd gemaakt. Ook hebben we
gelopen in het nationaal park
Mont du
Valier. Ook daar was het buitengewoon
mooi. Het bijzondere is dat de streek nog maar nauwelijks door toeristen is
ontdekt. Het was er rustig en ongerept. Dat beviel ons prima.
Cols en koeien
We hebben
tijdens onze vakantie drie cols beklommen. Goed hè! Met de auto weliswaar, maar
toch. De hoogste was de Col du Pradel (1680 m) De
weg ernaartoe bleek niet veel meer dan een smal nauwelijks geasfalteerd
landbouwweggetje. We hadden ‘m niet genomen als we dit tevoren hadden geweten,
want een klein beetje eng was ie wel. De
Pradel was niet alleen het hoogste punt van onze
vakantie, het was ook het koudste punt. Het was daar maar 9 graden. Een uurtje
later zaten we weer in 25 graden. Op de cols picknicken bleek ons niet altijd
gegeven. We hadden last van nieuwsgierige bezoekers. Koeien met bellen, die ook
wel zin hadden in een lekker broodje met jam. Wij hadden wat gemengde gevoelens
bij deze belangstelling, maar we hielden er wel een mooi plaatje aan over. De
foto met koeienkop hebben we uiteindelijk uitgeroepen tot leukste foto van de
vakantie.
Een vleugje cultuur
Onze vakantie
kende twee culturele hoogtepunten. Het eerste was een bezoek aan de
“grotte
de Bedeilhac”. Een enorme grot, met een zaal van
een kilometer lang. Onder leiding van een gids werden we anderhalf uur door de
grot geleid. Tot mijn verrassing bleek ik (Jan) in staat om het overgrote deel
van het Frans van deze gids te volgen. Het is altijd weer indrukwekkend om
stalagmieten en stalactieten te zien. Maar de topper was het oog in oog staan
met echte prehistorische schilderingen, daterend van ongeveer 14.000 jaar voor Chr. We werden geleid langs bisons en paarden, maar ook langs afdrukken van
handen (een met vier vingers en een met zes vingers…) en de resten van een
prehistorisch kampvuur. Absoluut uniek! Helaas mochten we binnen niet
fotograferen, dus is het gebleven bij een foto van de ingang. Het geeft wel een
goede indruk van de enorme omvang van de grot. Let maar eens op de auto’s
vooraan.
Het tweede
culturele hoogtepunt was ons bezoek aan
Carcassonne.
We hebben daar verschillende leuke foto’s gemaakt.
Carcassonne staat op de werelderfgoederenlijst van de Unesco en was dit jaar tevens etappeplaats in de Tour de France. De oude stad bestaat uit een volledig bewaard gebleven middeleeuwse vestingstad, met een dubbele ringmuur, 52 torens en een prachtig gaaf bewaard gebleven kasteel. Delen van de muur, de torens en het kasteel stammen nog uit de Romeinse tijd. Binnen de muren tref je een heel gezellig stadje aan met vele winkeltjes en een eindeloze hoeveelheid eetgelegenheden. Omdat we daar midden in Katharengebied waren heb ik daar speciaal gebrouwen Katharenbier gedronken. Voor degenen die het niet weten: de Katharen waren een 12e/13e eeuwse afsplitsing van de Katholieke Kerk en in het zuiden van Frankrijk gedurende enkele decennia zeer invloedrijk. Toen hun macht te groot werd zijn ze genadeloos vervolgd en uitgeroeid. Ik heb het niet nagezocht, maar ik ben er bijna zeker van dat ons woord “ketter” een verbastering is van het woord “Kathaar”.
Nou ja, en toen was het weer voorbij. Donderdagmorgen 17 augustus verlieten we de camping, om 17 uur later vermoeid, na een vlotte terugreis (met zwaar onweer boven Noord-Frankrijk) weer in ons eigen lekkere warme bedje thuis te stappen. Je slaapt toch nergens beter dan daar….